Tilda Swinton als ‘chica Almodóvar’ in The Human Voice

© The Human Voice (Pedro Almodóvar, 2020)
© The Human Voice (Pedro Almodóvar, 2020)
Sat, 05/22/2021 - 11:10

Tilda Swinton als ‘chica Almodóvar’ in The Human Voice

The Human Voice (2020) is een korte film van Pedro Almodóvar, gebaseerd op het beroemde toneelstuk La voix humaine van Jean Cocteau. In Tilda Swinton vond Almodóvar de ideale vertolker van het personage dat hem al decennia inspireert: een verlaten en ontredderde vrouw.

Een vrouw in een vlammend rood kleed kijkt recht voor zich uit. Als je voor haar stond, dan doorboorde ze je met haar blik. Toch krijg je de indruk dat ze niet helemaal aanwezig is. Haar hele zijn lijkt een vlucht: ze houdt haar schouder vast en je weet niet goed of dat is om zichzelf tegen te houden of om affectie te tonen voor zichzelf — een ‘je bent hier nog’ die oprijst uit de warmte van haar handpalm. De vrouw steunt op een zwart oppervlak dat te omhelzend is om een tafel zijn. De donkerte neemt haar vorm aan, dreigt haar over te nemen. Dit in schril contrast met de Klimt-achtige bloemenregen op de achtergrond.

 

© La Espera (Margot) (Pablo Picasso, 1901)
© La Espera (Margot) (Pablo Picasso, 1901)

 

Pedro Almódovars nieuwste werk, La voz humana (The Human Voice) dat op het Filmfestival van Venetië in première ging, toont een treffende gelijkenis met het schilderij La Espera van zijn compatriot Pablo Picasso: de opgang van een vrouw die wacht, alsof dat de enige manier is waarop hun leven nog verder kan.

ALSOF

De kortfilm, met een wonderlijke Tilda Swinton in de hoofdrol, vangt intrigerend aan: de Britse actrice schuilt in felrode jurk achter een dik plastic frame. Almodóvar lijkt hier meteen een inherente contradictie te tonen: we zullen nooit helemaal grip krijgen op het grillige hoofdpersonage (de matheid van het plastic), maar dat behoedt ons niet voor de intensiteit van haar emoties (de rode jurk).

Mensen zien wachten is op zich weinig boeiend (anders waren de uren in de wachtkamer van je huisdokter iets meer vermakelijk geweest). Interessanter is de frénésie, de hartstochtelijke razernij die Almodóvar weergaloos in beeld brengt; verlangen en hoop nestelen zich als een bezeten beest in het schaduwrijke hart van de wachtende partij die ingesloten lijkt te zitten in zichzelf, en met het ratelen van de tralies zijn stem wil laten weerklinken. In de ijskoude stilte van een verlaten, ooit gedeelde, woonplaats klinkt die stem des te luider. De sublieme cinematografie van Almodóvars vaste medewerker José Luis Alcaine benadrukt de eenzaamheid van Tildons personage nog eens. Haar (t)huis is haar veel te groot, als een kledingstuk van een leven geleden dat nu hulpeloos rond het lichaam slobbert.

Met zijn sixties kleuren, hoog post-bohémiengehalte en overvloed aan kunstobjecten ligt het décor in ‘The Human Voice’ helemaal in lijn met de bourgeois appartementen die we kennen uit Almodovars Dolor y gloria, Julieta en Los abrazos rotos. Het wachten voelt er misschien nog net iets wanhopiger aan dan in een kale, gedeserteerde plek, want het lijkt er niet redelijk — een gril. Het appartement is hier bovendien een filmset midden een troosteloze loods, wat zorgt voor een hyper expliciete meta laag.
 

© The Human Voice (Pedro Almodóvar, 2020)
© The Human Voice (Pedro Almodóvar, 2020)

 

MONOLOGEN EN METAREFLECTIES

Almodóvar schuwt de kruisbestuiving van de kunsten en de metareflecties niet. In The Human Voice zit een prachtig shot van een koffietafel met zowel boeken van Truman Capote en Alice Munro als een Kill Bill-dvd. Almodóvar greep altijd al terug naar cultuur referenties om de toeschouwer meer inzicht te bieden in zijn personages (en in zichzelf). Daarmee blijft hij trouw aan een gedachte die voor menig culturo heilig is: film, theater, literatuur, muziek, dans en zo voort zijn niet louter iets waarmee we onszelf te pas en te onpas onderhouden, het is een eigenste tool waarmee we ons zelfconcept definiëren én uitbreiden.

De metareflecties kunnen zich ook vertalen in de manier waarop Almodóvar zijn personages uittekent: vaak zijn ze (in)direct verbonden aan cinema als actrices, regisseurs of hartstochtelijke cinefielen. Ze worden geregeld opgevoerd op een podium, waar ze briljante monologen afsteken. In Dolor y gloria (2019) was er Alberto (Asier Etxeandia) die openhartig de rise and fall van een relatie uit de doeken doet. Maar denk ook aan de wonderlijke La Agrado (Antonia San Juan) in Todo sobre mi madre (1999), met haar scherpe discours over het streven naar een perfect lichaam waarin ze benadrukt dat we geen compromissen mogen sluiten wanneer het neerkomt op het volgen van onze dromen en authenticiteit (in welke vorm dan ook).

 

© Dolor y gloria (Pedro Almodóvar, 2019)
© Dolor y gloria (Pedro Almodóvar, 2019)

 

Hoezeer La voz humana ook op een monoloog lijkt, toch moet er een vraagteken bij geplaatst worden. Het hoofdpersonage voert een telefoongesprek. Waardoor er, logischerwijs, ook een gesprekspartner moet zijn. Of de illusie van een gesprekspartner, wat vele keren erger is dan gewoon niemand. De AirPods die Tilton draagt voegen daar een eerie kantje aan toe want wie die dingen draagt geeft zo al de indruk gewoon gezellig (als een gek) met zichzelf aan de praat te zijn.

La voz humana is een vrije adaptatie van het gelijknamige monodrama van Jean Cocteau uit 1928. Na kritiek dat zijn stukken niet genoeg vrijheid gaven aan de spelers, pende Cocteau La voix humaine neer voor de Belgische actrice Berthe Bovy van de Comédie Française. Dit female-driven monodrama trok meermaals de aandacht van de Spaanse cineast: Mujeres al borde de un ataque de nervios was de eerste infusie van dit Franse meesterwerk in Almodóvars oeuvre. La voz humana is een veel striktere adaptatie, al zorgt Almodóvar ervoor dat zijn vrouwelijke hoofdpersonage niet ten prooi valt aan een nogal stereotype onderdanigheid.

“YO QUIERO SER UNA CHICA ALMODÓVAR”

Stereotype onderdanigheid, dat is precies hetgeen waartegen de 'chicas Almodóvar' zich het felst verzetten. Die term doelt op zowel de actrices als hun personages. Almodóvars “confirmed habitués” zoals Carmen Maura, Penélope Cruz, Victoria Abril, Chus Lampreave, Marisa Paredes en Rossy de Palma hebben in de woorden van de cineast zelf, het volgende gemeen: “Naast hun uitmuntendheid, zijn ze allemaal begiftigd met een groot gevoel voor humor, de afwezigheid van morele, esthetische of professionele vooroordelen en zijn ze allen in staat om zonder schijnbare moeite en op aangeboren wijze komedie met drama te combineren. Hiervoor zijn geen scholen. Je hebt het of je hebt het niet.” Tot voor kort was de Spaanse taal ook een overeenkomst, maar hier breekt de komst van Swinton voor het eerst mee.

'Chicas Almodóvar' slaat ook op hun gepassioneerde personages. Het zijn vrouwen die “erg vrij zijn, vechters zijn en over een grote morele autonomie beschikken”. Ze krijgen een zeer genereuze portie handelingsvermogen, wat voorkomt dat hun extreme gevoelswereld gevat wordt in al te stereotype representatie. Daarom brachten de chicas Almodóvar, zoals de Spaanse journaliste Elvira Lindo schrijft, ook buiten de zalen heel wat teweeg toen ze kort na het einde van de dictatuur van Franco in Spanje, het grote scherm eigen maakten.

Ze werden ongelofelijke rolmodellen die het idee van typische “chica buena” (een goed meisje) aan het diggelen sloegen. Eén van Spanje’s meest bekende singer-songwriters Joaquín Sabina zong in 1992 “Yo quiero ser una chica Almodovar / Ik wil een chica Almodóvar zijn”:

    Como patidifusa escribir mis memorias / Verstomd mijn mémories neerschrijven
    Apuntarme a cualquier tipo de bombardeo / Overal voor te vinden zijn
    No tener otra fe que la piel / Geen ander geloof hebben dan in die van de huid
    Ni más ley que la ley del deseo / Geen andere wet dan de wet van het verlangen


    Encontrar la salida de este gris laberinto / De uitgang van dit grijze labyrint vinden
    Sin pasión ni pecado, ni locura ni incesto / Zonder passie noch zonde, noch zotternij noch incest
    Tener en cada puerto un amante distinto / In elke haven een andere minnaar hebben
    No gritar ¡que he echo yo, para merecer esto! / Niet roepen: wat heb ik gedaan om dit te verdienen!


Puristen zien Almodóvars keuze voor het Engels misschien als een minpunt, maar ook buiten de Spaanse taal is Almodóvars geniale stem in een oogopslag herkenbaar — mede dankzij director of photography Alcaine en de muziek van Alberto Iglesias. De meer internationale inslag doet ook niks af aan de maatschappelijke relevantie van de ‘chicas Almodóvar’. Tijden veranderen maar hun politieke relevantie is nog steeds bijzonder aanwezig. Elke herinnering aan het feit dat niemand anders dan de vrouw zélf over haar lichaam, haar gedachten en haar toekomst beslist, is dan ook meer dan welkom.