Over een periode van twintig jaar vertolkte de ondertussen legendarische Jean-Pierre Léaud tot vijfmaal toe het alter ego van de iconische Franse nouvelle vague regisseur François Truffaut. Als Antoine Doinel is hij voor het eerst te zien in diens doorbraakfilm, Les Quatre Cents Coups (1959).

Léaud werd, na een oproep van Truffaut in de krant, uit een auditie van enkele honderden kinderen geplukt – hij was toen veertien. Een jaar later werd hij op de schouders van het publiek naar buiten gedragen na de zegetocht van hun film in Cannes, die uiting gaf aan Truffauts weinig liefdevolle kindertijd. 

Op zijn achttiende gaf Léaud, opnieuw gestalte aan Antoine Doinel in het 29 minuten durende Antoine et Colette, als een segment van de vijfdelige compilatiefilm L’amour à vingts ans. Hij is nu een verliefde jongvolwassene. Daarna volgen nog drie films, Baisers volés (1968), Domicile conjugal (1970), en L’amour en fuite (1979).